Ondanks de taalbarrière in het begin, verloopt het contact soepel. Voor Omar was het verbeteren van zijn Nederlands essentieel: “Alles is nieuw en als je de taal niet spreekt, blijf je vaak buiten de samenleving staan.” De twee nemen rustig de tijd voor elkaar en de gesprekken. Hierdoor ontstaat er een open en vertrouwde sfeer, waardoor gesprekken al snel verder gaan dan alleen het oefenen van Nederlandse woorden. De twee praten over het dagelijks zaken en de bijkomende obstakels en ambities van het leven.
Taal als middel, niet als doel
Met Arend-Jan gaat hij in gesprek over van alles; over vis kopen op de markt of de regels die komen kijken bij het kopen van een auto. Zo vertelt Omar: “Ik wist niet dat je een apk nodig had als je een auto koopt, dat bestaat namelijk niet in Jemen.” Arend-Jan ondersteund hem hierbij en legt hem rustig de dingen uit. “Voor mij zijn deze onderwerpen vanzelfsprekendheden, maar ik besef mij steeds meer dat dat voor nieuwkomers helemaal niet zo is.”, vertelt Arend-Jan.
"Hij kende vooral zijn eigen buurt en de locatie van Refugee Team. Nu weet hij waar hij vis kan kopen, waar de rivier loopt en hoe de verschillende wijken eruitzien."
Het bleef echter niet bij gesprekken, ook trekken ze regelmatig op uit. Zo lopen ze samen door de stad, langs de straten, de markt en verschillende parken. “Omar kende in het begin vooral zijn eigen buurt en de locatie van Refugee Team,” vertelt Arend-Jan. “Nu weet hij waar hij vis kan kopen, waar de rivier loopt en hoe de verschillende wijken eruitzien.”
Met elke straat die ze doorlopen, voelt Venlo meer vertrouwd voor Omar. De stad krijgt vorm en de omgeving betekenis en herkenning. Ondertussen groeit Omar’s vertrouwen in de taal en in zichzelf.
Oefenen, falen en doorgaan
Wat Arend-Jan direct opvalt, is Omar's leergierigheid. Omar wil alles begrijpen. Van het leren van nieuwe woorden, tot het uitzoeken hoe dingen werken.
Om hem te bemoedigen, vertelde Arend-Jan over zijn eigen uitdaging, toen hij de Russische taal wilde leren. Aanvankelijk leek het onmogelijk, maar met geduld en oefening begon het hem te lukken. “Een taal leren is net als schilderen” legt hij uit. “Je ziet pas later wat het wordt, maar als je volhoudt, ontstaat er iets moois.”


Wie wil leren, kan op elk moment beginnen.
Tijdens hun gesprekken kwam ook Omar’s toekomst in beeld. Hij dacht aan een baan als vrachtwagenchauffeur, maar twijfelde. In zijn gemeenschap hoorde hij vaak dat je op je 33e te oud bent om nog aan een opleiding te beginnen.
Arend-Jan liet er geen misverstand over bestaan: wie wil leren, kan op elk moment beginnen. Samen onderzochten ze andere richtingen, zoals de techniek, een sector waarin in Nederland veel werk is en er verschillende opleidingsmogelijkheden zijn. Arend-Jan legde bijvoorbeeld uit wat een werk-leertraject is: leren en werken tegelijk, met uitzicht op een diploma.
Voor Omar een belangrijk inzicht. "Ik wil niet alleen op de weg zitten, want ik ben sociaal en wil graag collega’s om mij heen", vertelt hij. Toen Omar in Jemen woonde deed hij verschillende klusjes in techniek, waardoor hij nu met een hoop vaardigheden op zak loopt.
Een band die blijft
Na acht weken loopt het officiële programma af, maar voor Arend-Jan en Omar voelt het niet als een afscheid. Ze zijn het er snel over eens: dit is geen einde, hooguit een nieuwe vorm. Geen wekelijkse afspraken meer, maar wel contact, gewoon als het uitkomt.
Er staat zelfs al iets op de planning: een ritje door Noord-Limburg in Arend-Jans klassieke grijze Mini. “Ik rijd, jij kijkt naar de mooie plekken. Sightseeing, zoals ze dat noemen,” vertelt Arend-Jan lachend.